Dit handschrift is een Karolingische versie van een gedicht van de
Griek Aratus, die ca. 300 v.Chr. in Klein-Azië leefde. Het is een astronomische
tekst, die een opsomming geeft van de sterrenbeelden, hun posities,
helderheid, plaats t.o.v. de twaalf tekens van de dierenriem, enz.
-
Cicero vertaalde dit werk in het Latijn toen hij jong was.
- Hugo de Groot voegde aan deze onvoltooide vertaling eigengemaakte
verzen toe.
-
Julius Hyginus maakte
er later vreemde figuren bij, afgeleid van de 'capitalis rustica'.
De meeste
letters zijn door de Saksische kunstenaar met rode of bruine menie
geschreven, maar soms ook in blauwachtige inkt en in verschillende
grijstinten.
Pagina uit een astronomisch handschrift,
verluchting op perkament, 10de eeuw, British Museum, Londen
|